‘Als poëzie één tijdloze kwaliteit heeft, dan deze. Tot welk tijdvak een dichter ook behoort, in welke opvattingen hij zich ook herkent, wat ook zijn aan de eigen tijd gebonden identificaties zijn, de genotvolle terugslag van het subject in zijn spreken is van zolang er mensen zijn op aarde. Ahistorisch, ascociaal genot.’
Erik Spinoy, ‘As/zteken’. Antwerpen, 2012, p. 43.
‘Pope is having great fun, as he so often does in his poetry.’
Donald J. Greene, ‘“Dramatic Texture” in Pope’. In: ‘From sensibility to romanticism. Essays presented to Frederick A. Pottle’. Edited by Frederick W. Hilles and Harold Bloom. New York, 1970 [1965], p. 34.
© 2012 Leo van der Sterren
vrijdag 2 maart 2012
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten