vrijdag 24 mei 2024
vrijdag 12 april 2024
Tijl en Richard
‘Richard Wagner, een rokkenjager, hij maakte bij iedereen schulden, was openlijk antisemiet en Hitler was zijn grootste fan.’ Zo luidt de eerste volzin en wel heel merkwaardige – want zeer negatieve – introductie bij elk van de zes delen van Tijl Beckands door AVRO/Tros uitgezonden Wagner-documentaireserie ‘Tijl in het voetspoor van Richard Wagner’. Zo, dan hebben we dat alvast gehad, schijnt Tijl gedacht te hebben. Dan hebben we al het slechte van de man alvast benoemd. Maar naar mijn mening doet Beckand Wagner nog tekort. Je kunt aan die kwalijke kwalificaties namelijk toevoegen dat Wagner zich als een koel berekenende manipulator gedroeg en dat hij omgeven was door een air van ongebreidelde arrogantie. ‘En toch neem ik je mee in de wondere wereld van dit genie’. Dat is de tweede volzin van de inleiding op elke aflevering van de reeks. Voor veel tijdgenoten, maar ook voor ontelbare nazaten van die tijdgenoten was en is Wagner een persona non grata, maar hij blijft wel een grootheid – een constatering die voor meer kunstenaars opgaat (en niet alleen voor kunstenaars trouwens).
© 2024 Leo van der Sterren
dinsdag 9 april 2024
maandag 19 februari 2024
Sisyphus
In zijn essay ‘Ik wil Jeroen Mettes aan het werk zien (maar het lukt me niet)’ schrijft Tonnus Oosterhoff: ‘Mij heeft flarf altijd tegengestaan, net als de collagetechniek cadavre exquis van de surrealisten.’ Ik ben het hartgrondig met Oosterhoff eens. Evenmin kan ik instemmen met het fundament ‘first thought, best thought’ waarop de beat poets hun teksten grondvestten. De eerste gedachte is niet per definitie de beste gedachte. Integendeel, de eerste gedachte blijkt soms de veruit slechtste gedachte. Ik heb beroerde ervaringen met het prijsgeven aan de openbaarheid van teksten die niet ‘ten minste éen jaar kelder’ hebben gehad. In alle gevallen (maar dat zijn er niet veel – ik heb er snel lering uit getrokken) joegen die teksten mij naderhand het schaamrood over de kaken, en wel zo dat ik wenste door drijfzand te worden opgezogen en te verdwijnen.
De surrealisten hielden zich trouwens ook lang niet altijd aan de principes van de ‘toevallige ontmoeting’ en een grondige exploratie van het onderbewustzijn alsmede de niet geredigeerde weergave van de resultaten van die procedés. Ik denk dat de meeste teksten van de surrealisten wel degelijk gereviseerd zijn, en vervolgens min of meer bewerkt. ‘Nadja’ van André Breton bijvoorbeeld is een coherent, goed leesbaar boek (‘Hebdomeros’ van Giorgio de Chirico daarentegen weer niet – maar dat is er dan ook in een maand of zo uitgestampt).
Voor hem of haar die literatuur schrijft, waarbij vorm en stijl dus ook van belang zijn, eindigt het werk in principe nooit. Voor het door de schrijver geproduceerde bestaan er altijd alternatieven die hij of zij over het hoofd heeft gezien, omdat je nu eenmaal niet alles kunt overzien. Een aantal van die gemiste varianten zal beter zijn, soms zelfs veel beter. Schrijvers die dat beseffen, stellen het moment van openbaarmaking van hun geschriften het liefst zo lang mogelijk uit – ze kunnen immers elk moment nog een briljante inval krijgen. Maar op een gegeven moment moeten ook zij er een punt achter zetten en afstand doen van hun creatie.
© 2024 Leo van der Sterren
dinsdag 16 januari 2024
De leeslijst van 2023
1. Rob Hartmans, ‘T.S. Eliot. De
vele gezichten van een conservatieve modernist’. Amsterdam, 2022.
2. Andrea Wulf, ‘Rebelse genieën. De eerste romantici en de uitvinding van
het ik’. Amsterdam/Antwerpen, 2022.
3. Carlos Ruiz Zafón, ‘De nevelprins’. Utrecht, 2010. Poeh! Niks aan.
4. Huub Mous, ‘Modernisme in Lourdes. Gerard Reve en de secularisering’. Soesterberg,
2014. Ik ben tot bladzijde 177 gekomen. Ik heb bijna niets van dit boek begrepen
terwijl het volgens mij toch niet zo moeilijk was. Ik geef de auteur het
voordeel van de twijfel en houd het er op dat het aan mij ligt.
5. Uwe Wittstock, ‘Februari 1933. De winter van de literatuur’. Amsterdam,
2022.
6. Emir Suljagić, ‘Een landkaart van het verdwijnen. Terug naar
Srebrenica’. Amsterdam, Antwerpen, 2022.
7. Ali Smith, ‘Herfst’. Amsterdam, 2021 [2018]. De Mozart onder de
contemporaine Engelse romanciers, met haar perfecte beheersing van licht en
donker.
8. Wilfrid Lupano & Léonard Chemineau, ‘De boekenezel van Córdoba’. Antwerpen,
2022.
9. J.R.R. Tolkien, ‘In de ban van de ring’. Amsterdam, 2011.
10. Ali Smith, ‘Winter’. Amsterdam, 2021 [2018].
11. Ali Smith, ‘Lente’. Amsterdam, 2021 [2019].
12. Robert D. Kaplan, ‘De Adriatische Zee. Een geopolitieke reis door
Zuidooost-Europa’. Amsterdam, 2022.
13.
Ali Smith, ‘Zomer’. Amsterdam, 2021 [2020]. Het seizoen-vierluik van Ali Smith uitgelezen
en erdoor overrompeld.
14.
Cormac McCarthy, ‘Meridiaan van bloed’. Amsterdam, 2022 [1997]. Opnieuw
overrompeld. Ali Smith en Cormac McCarthy: Wat lezen betreft kan het jaar al
niet meer stuk!
15.
Florian Jacobs, ‘Blijven is nergens. Het Europa van Rilke’. Amsterdam, 2022. Schitterend boek. Maar ik vind het moeilijk om
Rilke te kunnen waarderen, als dichter en als mens.
16.
Dante Alighieri, ‘Het Nieuwe Leven’. Amsterdam, 1919.
17.
Dante Alighieri, ‘Vita Nuova’. Oxford, 2008 [1992].
18.
Jean Rhys, ‘De wijde Sargassozee’. Amsterdam, 2020.
19.
Sandra Langereis, ‘Erasmus. Dwarsdenker. Een biografie’. Amsterdam, 2021. Ik
heb dit boek verslonden. Zoveelste capitulatie van dit nog maar net begonnen jaar.
20.
Sandra Langereis, ‘Erasmus’ Lof der zotheid’. Amsterdam, 2022. De korte ‘Lof’
uit 1511, herverteld door Langereis.
21.
Erasmus, ‘Lof der zotheid’. Utrecht, Antwerpen, 1985 [1969]. De lange, of in
elk geval langere ‘Lof’.
22.
Annie Ernaux, ‘De jonge man’. Amsterdam, Antwerpen, 2023.
23.
Tom Rooduijn, ‘Revelaties. Gerard Reve over zijn Werk & Leven’. Schoorl,
2002.
24.
Theodor Holman, ‘Gerardje. Notities van een Reve-liefhebber’. Amsterdam, 2009.
25.
Lize Spit, ‘De eerlijke vinder’. Amsterdam, 2023.
26.
Martin Michael Driessen, ‘Het paard van Saulus’. Haarlem, 2023.
27.
Thomas Rosenboom, ‘De rode loper’. Amsterdam, Antwerpen, 2012. Het is niet te
bevatten dat dit flutboek is geproduceerd door de persoon die ‘Gewassen vlees’
en ‘Publieke werken’ heeft geschreven.
28.
Martin Michael Driessen, ‘Thaon-les-Vosges’. Haarlem, 2020.
29.
Quentin Tarantino, ‘Once Upon a Time in Hollywood’. Amsterdam, 2021. Afgezien
van het slot volgt het boek de film, maar het bevat bovendien prachtige
uitweidingen. Aanrader voor elke liefhebber van de films van Quentin Tarantino,
vooral als je ‘Once Upon a Time in Hollywood’ zijn op een na beste vindt.
30.
Martin Michael Driessen, ‘Dover’. Haarlem, 2020.
31.
Martin Michael Driessen, ‘Linderhof’. Haarlem, 2020.
32.
Martin Michael Driessen, ‘Pierre Condé: De duiven van Bailleul’. Haarlem, 2023.
33.
Debra Tate, ‘Sharon Tate Recollection’. Philadelphia, London, 2014.
34.
Amazing Ameziane, ‘Quentin over Tarantino’. Haarlem, 2023.
35.
Marcia Luyten, ‘Het geluk van Limburg’. Amsterdam, 2023 [2015]. Ook al ben ik
zelf een Limburger, veel van wat Marcia Luyten in haar prachtige boek optekent,
wist ik niet.
36.
Adania Shibli, ‘een klein detail’. Opnieuw een openbaring. Beklemmend maar
meesterlijk.
37.
Thomas Heerma van Voss, ‘Omwegen. Een wandeling’. Amsterdam, 2023.
38.
Annelies Verbeke, ‘Koude soep. Een wandeling’. Amsterdam, 2023.
39.
Jip van den Toorn, ‘Crisis’. Amsterdam, 2022.
40.
Katherine Mansfield, ‘Gelukzalig’. Amsterdam, 1985.
41.
P. Craig Russell, ‘Richard Wagners Der Ring des Nibelungen’. Ludwigsburg, 2023.
De getekende versie van Wagners grote operacyclus. De weergave is traditioneel,
dus met vroegmiddeleeuwse borstharnassen en berenvellen.
42.
Pascal Mercier, ‘Nachttrein naar Lissabon’. Amsterdam, 2009 [2006].
43.
Jeff Guinn, ‘Manson. The Life and Times of Charles Manson’. New York, 2013. Vlot
geschreven boek over deze, voor de criminaliteit in de wieg gelegde, maar tot
een soort goeroe uitgroeiende babbelaar. Fascinerende beschrijving ook van het
Amerika van na de Tweede Wereldoorlog.
44.
Julia Schoch, ‘Das Liebespaar des Jahrhunderts’. München, 2023.
45.
Robert Loesberg, ‘Enige defecten’. Amsterdam, 2012 [1974].
46.
Mensje van Keulen, ‘Moeder en pen. Dagboek 1979 – 1983’. Amsterdam, 2023.
47.
Mensje van Keulen, ‘Liefde heeft geen hersens’. Amsterdam, 2012.
48.
Katherine Mansfield, ‘In een Duits pension’. Tricht, 1988.
49.
Rosemary Lord, ‘Los Angeles Then and Now’. London, 2018.
50.
Wangechi Mutu, ‘Intertwined’. London, New York, 2023.
51.
Antonio Scurati, ‘M. De laatste dag van Europa’. Amsterdam, 2023. In het
laatste deel van diens trilogie over Mussolini beschrijft Scurati hoe Hitler de
wereld in de oorlog stort en hoe Mussolini en Italië voortdurend heen en weer bewogen
tussen bravoure, twijfel en schok achter de niets ontziende Teutoon aan
hobbelen en toch ook maar voor de oorlog – aan Duitslands zijde – kiezen. Tot
mijn spijt moest ik echter vaststellen dat de audiëntie van Ezra Pound bij de Italiaanse
dictator in januari 1933 geen plaats heeft gekregen in de trilogie. Wat mij
betreft een gemiste kans.
52.
Sebastian Barry, ‘De verre voortijd’. Amsterdam, 2023. Een indrukwekkend,
aangrijpend boek!
53.
Robert Loesberg, ‘Een eigen auto’. Amsterdam, 1977.
54.
Ry Cooder, ‘Los Angeles Stories’. San Francisco, 2011. Schitterend boek dat
naadloos aansluit bij Cooders muzikale tour de force ‘Chávez ravine’.
55.
Bart van Loo, ‘Mijn Frankrijk. Literatuur, cuisine, erotiek en chanson’.
Amsterdam, 2022. Ik kwam er niet doorheen, door deze oninteresante pil. Na een
kleine honderd bladzijdes afgehaakt.
56.
Nico Rost, ‘Weerzien met Waterloo’. In: ‘De Nieuwe Stem. Jaargang 13’. Arnhem,
1958.
57.
Bart van Loo, ‘Napoleon. De schaduw van de revolutie’. Antwerpen, Amsterdam,
2014.
58.
Nicolien Mizee, ‘Dwaalgast. Een wandeling’. Amsterdam, 2023.
59.
Inge Schilperoord, ‘Windstilte. Een wandeling’. Amsterdam, 2023.
60.
Ilja Leonard Pfeijffer, ‘Alkibiades’. Amsterdam, 2023.
61.
R. A. Cornets de Groot, ‘Labirinteek’. Den Haag, 1968.
62.
Kevin Courrier, ‘Trout Mask Replica’. New York, London, 2007. Boekje in de ’33
1/3’-reeks over het album ‘Trout Mask Replica’ van Captain Beefheart & His
Magic Band’ uit 1969, voor mij een van de beste geluidsdocumenten ooit gemaakt.
63.
José René Cruz, ‘Francisco de Goya’s engravings’. 2021.
64.
Jacques Presser, ‘Napoleon. Historie en legende’. Amsterdam, 1978 [1946]. Een
verpletterende studie. Presser laat van Bonaparte geen spaan heel. Hij
verbrijzelt de legende en het beeld dat dan overblijft en beklijft is dat van
een gewetenloze, niets ontziende mensenslachter. Maar ook van een man van wie
verwacht wordt dat hij weet wat hij doet. En dat weet hij vaak juist niet. En
dus doet hij maar wat hem goed dunkt. Dit boek heeft me genoopt om mijn visie
op de keizerlijke korporaal bij te stellen. Ik plaats hem nu in de directe
omgeving van die andere mensverslinders, Hitler, Stalin en Mao, en wel op plaats
nummer vier.
65.
Jacques Presser, ‘De nacht der Girondijnen’. Amsterdam, 2018 [1957].
66.
‘Broken Arrow. Neil Young appreciation society. Issue 96. November 2004’. Fyfe
(Scotland), 2004. Dit nummer van Broken
Arrow staat in het teken van de niet al te plezierige stadiontournee die Neil
Young van januari tot maart 1973 afwerkte en wordt goeddeels gevuld door Pete
Longs reconstructie van deze monsteronderneming. De tournee van het eerste
kwartaal van 1973 staat al van voor het begin onder een slecht gesternte. In de
aanloop naar de tournee, gedurende de repetities, had Neil Young zijn vriend
Danny Whitten, gitarist en zanger van Crazy Horse, weg moeten sturen omdat die niet
kon functioneren als gevolg van diens verslaving aan heroïne. Nog op de dag dat
Young Whitten naar huis had gestuurd, overleed Whitten aan een overdosis
heroïne. Young was er helemaal kapot van. Ten tweede klaagden leden van de
begeleidingsgroep van Young over een slechte salariëring wat uiteindelijk
leidde tot de vervanging van Kenny Buttrey door John Barbata. Dan wilde Young
per se een aantal liedjes ten gehore brengen, in wat de Harvest-tournee moest
zijn (en uiteindelijk ook was), die volstrekt nieuw waren. Er waren
muzikaal-technische problemen onder andere met de monitoring van de zang en Youngs
Gibson V-gitaar. Ten slotte zal Young, die vanwege zijn geduchtheid voor
epileptische aanvallen zich verre hield van drugs, op sommige momenten te diep
in het glaasje gevuld met Jose Cuervo gekeken hebben.
67.
Adam Zamoyski, ‘Napoleon. De man achter de mythe’. Amsterdam, 2018. Dit boek
zou je een ouderwets geschiedenisverhaal kunnen noemen en laat, zeker nadat je
net Jacques Pressers ‘Napoleon’ hebt gelezen, een gevoel van deceptie achter.
Zamoyski dist de feiten op, zowel de grote als de kleine, met overigens weinig
aandacht voor krijgsfeiten waarover elders al genoeg is uitgeweid. Zamoyski
weet en vertelt soms hoe laat en met wie Bonaparte dineert en dat hij in de
nacht na de slag bij Borodino niet kan slapen. Er staan meer van dit soort niet
echt ter zake doende details in dit boek (hoe laat ‘s avonds hij thuis in
Parijs aankwam na het Russische debacle en zijn desertie van zijn Grote Leger).
Maar de door de mythologie rondom hem onzichtbaar geworden ‘echte’ Bonaparte,
die is al veel eerder en veel beter beschreven, net als de totstandkoming en
werking van dat immense weefsel van mythes. Dat gebeurde onder andere door de
voornoemde Presser, maar zelfs de auteur van het rijkelijk geïllustreerde (niet
voor niets uitgegeven door De Geïllustreerde Pers) boekwerkje in de reeks ‘De
groten van alle tijden’ over Bonaparte uit 1968 [1965] rept van ‘een legende, waaraan hij in zijn twintigjarige
carrière bewust had gebouwd’.
68.
Renate Dorrestein, ‘Pas goed op jezelf’. Vianen, Antwerpen, 2011.
69.
Renate Dorrestein, ‘Heiligenlevens en bananenpitten’. Naarden, 2009.
70.
Martin Walser, ‘Dood van een criticus’. Breda, 2003. Wat een gedrocht, dit
boek.
71.
Thomas Gray, ‘Treurzang geschreven op een dorpskerkhof’. Amsterdam, 2016.
72.
Olga Tokarczuk, ‘Jaag je ploeg over de botten van de doden’. Amsterdam, 2020.
73.
Ia Genberg, ‘De details’. Amsterdam, 2023.
74.
René van Stipriaan, ‘Het reisboek van Willem van Oranje’. Amsterdam, 2023.
75.
William Blake, ‘Verzen van Onschuld en van Ervaring’. Amsterdam, 2016.
76.
William Blake, ‘Het Huwelijk van Hemel en Hel’. Utrecht, 2001.
77.
Alexander Pope, ‘The Rape of the Lock’. Oxford, 2007.
78.
Harry G. M. Prick, ‘Een andere Boudewijn Büch’. Soesterberg, 2006 [2005]. Vermoeiend. Moe makend. Gapen.
79.
Maurice Gilliams, ‘Een bezoek aan het prinsengraf. Essay over de dichter Paul
van Ostaijen 1951 – [1975]’. In ‘Vita brevis III’. Brugge, 1977.
80.
Babs Gons, ‘doe het toch maar’. Amsterdam, Antwerpen, 2023 [2021].
81.
Adam Zamoyski, ‘1812. Napoleons fatale veldtocht naar Moskou’. Amsterdam, 2008
[2005].
82.
George Steiner, ‘Waarom denken treurig maakt. Tien (mogelijke) redenen’. Kampen,
2009.
83.
Nele Pollatschek, ‘Kleine Probleme’. Berlin, 2023.
84.
Stefan Hertmans, ‘George Steiner: Terug naar de teksten. Maar hoe?’. In: De
Gids. Jaargang 154 (1991). Nummer 3.
85.
Umberto Eco en Milo Manara, ‘De naam van de roos’. Amsterdam, 2023.
86.
Bette Westera & Sylvia Weve, ‘Zo voelt dat’. Haarlem, 2023.
87.
Nele Pollatschek, ‘Dear Oxbridge. Liebesbrief an England’. Berlin, 2021 [2020].
88.
Annie Ernaux, ‘De schaamte’. Amsterdam, 2022 [1998].
89.
Max de Jong, ‘Heet van de naald en andere gedichten’. Amsterdam, 2014.
90.
Rashid Khalidi, ‘De honderdjarige oorlog tegen Palestina. Een geschiedenis van
kolonialisme en verzet’. Amsterdam, 2023. Helaas zeer actueel. Onthullend en
onthutsend.
91.
Milo Manara, ‘Gullivera’. Los Angeles, 2016.
92.
Edward Brooke-Hitching, ‘The Devil’s Atlas. An explorer’s Guide to Heavens,
Hells and Afterworlds’. London, 2021.
93.
Otto Waalkes, ‘Ganz große Kunst. 75 Meisterwärke’. München, 2023.
94.
Elin Cullhed, ‘Euforie. Een roman over Sylvia Plath’. Amsterdam, 2022.
95.
Edward Brooke-Hitching, ‘The Madman’s Library. The Strangest Books, Manuscripts
and Other Literary Curiosities from History’. San Francisco, 2020.
96.
Ted Hughes, Verjaardagsbrieven. Birthday Letters’. Amsterdam, 1998.
97.
Erica Wagner, ‘Ariel’s Gift. Ted Hughes, Sylvia Plath and the story of Birthday
Letters’. London, 2000.
98.
Janet Malcolm, ‘The Silent Woman. Sylvia Plath & Ted Hughes’. London, 2020
[1993].
99.
Keith Sagar, ‘The Laughter of Foxes. A Study of Ted Hughes’. Liverpool, 2000.
100.
Frank van Dijl, ‘”Misschien maak ik het mezelf veel te moeilijk”. Over Brief
uit het verleden en Brief door tranen uitgewist van Gerard Kornelis van het
Reve’. Leiden, 2023.
101.
Rainer Maria Rilke, ‘Brieven aan een jonge dichter’. Amsterdam, 2021 [1985].
102.
Hanan Faour, ‘schervenstad’. Amsterdam, 2022. Indrukwekkend boek.
103.
Ronen Bergman, ‘Rise and Kill First. The Secret History of Israel’s Targeted
Assasinations’. London, 2018. Toen ik met lezen begon, dacht ik: dit is weer
een van die ellenlange, en daardoor saaie enumeraties van dingen die zich in
het verleden hebben voorgedaan. En zo’n opsomming is het ook. Alleen weet
Bergman de lezer met verbluffend gemak en met een aanstekelijke bezieldheid
door dat feitenrelaas mee te slepen – een feitenrelaas dat overigens onthutst
en opnieuw, helaas, weer aansluit bij de actualiteit van na 7 oktober 2023. Wat
ik me trouwens op en na 7 oktober telkens weer heb afgevraagd is hoe het mogelijk
is dat de diverse Israëlische inlichtingendiensten geen kennis hebben gehad van
het op handen zijnde offensief van Hamas. De lezing van dit boek heeft mijn
verbijstering daarover alleen maar bevestigd en vergroot, en wel zodanig dat ik
moet concluderen dat het niet kan. Ps.: En dat het ook niet het geval was, is
gebleken. Maar de Israëlische inlichtingendiensten geloofden gewoon niet wat ze
vernomen hadden.
104.
Jean Daive, ‘Devant l’Amstel’. Marseille, 2023. Met dank aan Johan Velter te
Gent.
105.
Martin
Heidegger, ‘De oorsprong van het kunstwerk’. Amsterdam, 2009.
106.
Fabrice Moireau & Carl Norac, ‘Toits de Paris’. Paris, 2017.
107.
Bob Polak, ‘Bij het gedicht “Heet van de naald” van Max de Jong’. Leiden, 2022.
108.
Edward Brooke-Hitching, ‘The Phantom Atlas. The Greatest Myths, Lies and Blunders
on Maps’. London, 2018.
109.
Jan Siebelink, ‘Brengschuld’. Amsterdam, 2022.
110.
De Parelduiker. Jaargang 28, 2023. Nummer 5.
111.
Barbara Stok, ‘Vincent’. Amsterdam, 2022 [2012].
112.
Jacqueline Rose, ‘The Haunting of Sylvia Plath’. London, 2014 [1991].
© 2023 Leo van der Sterren
zaterdag 23 september 2023
Identiteit
dit Venray waar jij woont of niet meer woont,
maar lang of kort geleden jij wellicht
verwekt, geboren of getogen bent,
zodat er door jouw wezen toch die zweem
van het besef zweeft van een navelstreng?
naar Venray? Het is stad noch dorp. Te groot
voor windselen, te klein voor Wippenstein.
Plaats of gemeente in Noord-Limburg dan?
Dat klinkt niet sexy, sterker nog, je maakt
daarmee wellicht de slaapster Saaiheid wakker.
er ook geen dier met die benaming te
bekennen, varkensland. Of kippenland,
maar los van drie, vier hoenders voor de sier
blijft al dat pluimvee potdicht opgehokt.
Het Venrays vee, gevangen achter baksteen.
de talen die je naast het Venrays hoort,
meer polyglot, dat maak je amper mee.
Daartegen wordt gefulmineerd op forums.
Ik zeg: deze gemeenschap hebben wij,
vies van de vuile werkjes, zelf gevormd.
en die ook pedofobe kloosters ooit.
Hoe heilig en hoe veilig was die wereld
waarin de braafste braafheid overheerste
en lelieblankheid nog de norm uitmaakte.
Dat o zo megamooie roomse Rooj.
die diensten van de geestelijke zorg
waar met fatsoenlijkste bedoelingen
de therapie soms onfatsoenlijk was.
Wij tasten veel te vaak wat in het duister
en soms wordt het verkeerde aangeraakt.
geen mens van weet: de Spurkt en Weverslo.
Luchtgeesten vegeteren daar. Zij heten
Muvero, Xerox, Jako en Inalfa.
Onthutst ontwaren zij wat er ontspruit:
de blokkendozen van de logistiek.
tot slot, de politiek een zware stempel.
Hier zwerft nog steeds dat zwerend erfgoed
dat paapse volksregenten achterlieten,
met bleek, loon naar fracturen en parolen,
met staar en stomheid makende magie
maar werd jij wijzer ook? En triester ook
wellicht? Voldeed de informatie die
ik met je deelde? Weet jij wat jouw lezing is
als men naar Venray vraagt? Ben jij in staat
dat specifiek Venrayse bloot te leggen?
wat om dat bloot, maar houdt de kleren aan
en sta jij stuntelig te stamelen.
En da’s niet vreemd: dat waar men jou naar vroeg
is als gebakken lucht, als kwik of paling.
Het is slechts woordgebleven werk’lijkheid.
zaterdag 26 augustus 2023
Toch bedrijven op Spurkt
wanneer het woordje ‘krimp’ valt, schieten in
de stress, hebben verschijningen van rampen
als meer opeens te minderen begint.
de aarde kosten en dat weten wij
maar al te goed. Toch moeten wij oppotten.
Wij, mensen, zijn veel maar verre van vrij.
een nieuw gebied voor arbeid in te richten
en is voor dit vooruitgangsdoel bereid
een stuk natuur wreed te gronde te richten.
Dus hoedt je, Spurkter spitsmuis, hert en haas,
voor weer zo’n plan van de humane dwaas.
© 2023 Leo van der Sterren