In de hete zomer van 1828 reizen Samuel Taylor Coleridge, William Wordsworth en diens dochter Dora door België (dat dan deel uitmaakt van Nederland), het Duitse Rijnland en Nederland. In Nederland bezoeken ze Nijmegen, Utrecht, Amsterdam, Haarlem, Leiden, Den Haag en Rotterdam. Tijdens of vlak na de reis per boot van Rotterdam naar Antwerpen, krabbelt Coleridge de volgende tekst in het notebook dat hij bij zich heeft.
‘Assuredly, I have been seldom more agreeably disappointed than in the voyage per Steam-boat from Rotterdam to Antwerp – for the first two or three hours on the Maas
Water and Windmills, Greenness, Islets Green,
Willows whose trunks beside the shadow stood
Of their own higher half, and willowy swamps,
Farm-houses that at anchor seemed & ‹on the› inland sky
The fog-transfixing Spires –
Water, wide water, greenness & green banks
And water seen ⌐... ¬’
Samuel Taylor Coleridge, ‘The Notebooks of Samuel Taylor Coleridge’. Volume V. 1827 – 1834. Text. Lemma 5922.
© 2012 Leo van der Sterren
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten