vrijdag 3 januari 2014

Schisma

Geboren, getogen en nog steeds woonachtig in de provincie die ook bekend staat als het wormvormige aanhangsel van Nederland, voel ik me verplicht om een duit in de zak te doen van de jongste Limbo-rel, een zoveelste statie van de via dolorosa waartoe de vete tussen twee uit Limburg afkomstige auteurs aan het uitgroeien is.

‘Maar ho even! Schisma? Statie? Lijdensweg? Dat geeft al aan in wel kamp jij staat,’ merkt iemand op die veel opmerkt. En die iemand zou zomaar gelijk kunnen hebben. Deze woorden verwijzen immers rechtstreeks naar de religie die zulk een enorme invloed op de mensen in de twee zuidelijke provincies van Nederland heeft gehad, die vermaledijde paaps-katholieke volksverlakkerij, die eeuwenlang gesanctioneerde religieuze tirannie, dat symbool van een status quo waarin het volk achtbaar was, maar alleen de notabelen geacht werden.

‘Of koketteer je opzettelijk door deze woorden – “schisma”, “statie”, “lijdensweg” – met het heilige roomsche leven om mensen op een dwaalspoor te brengen?’ Ja, dat zou ook kunnen. De verkeerde weg wijzen, dat is immers de nieuwe functie van kunst. Ontregelen. Verstoren. Ontwrichten. In twijfel trekken. Onzeker maken. Gezag betwisten. Je kunt het ook van de andere kant benaderen: kunst als weergave van de werkelijkheid van na het keerpunt dat de geloven en bijgeloven voorgoed gedemaskeerd en ontmanteld werden. Van na het moment dat notabelen niet meer als vanzelfsprekend op hun tronen zetelen (al blijven ze in de regel hardnekkig hun best doen).

‘Dat geeft al aan in welk kamp…’ Inderdaad. Twee kampen. Dat van de ouden en dat van de jongen. Dat van de treiteraars en dat van diegenen die zich laten treiteren. Narren en notabelen. Meer specifiek: dit is een bloedvete tussen fureuristen en statuskwisten, tussen tumultisten en idyllisten, tussen futuristen en folkloristen. Tussen Kustersen en Dautzenbergen. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Maar één ding moet gezegd: de activiteiten van die folkloristen, zij die door het verleden bezeten zijn en daardoor blind voor de toekomst, daar moet ik in elk geval niets van hebben.

Bij de enen is de tijd die zij in het verschiet hebben, korter dan de tijd waarop zij kunnen terugzien; bij de anderen vice versa. De enen willen behouden wat zij hebben, de anderen willen dat wat zij gaan krijgen, modelleren naar hoe zij het willen hebben. De enen hebben veel te verliezen, de anderen veel te winnen. De enen nemen zichzelf en het hunne (te) serieus, de anderen (nog) niet.

'Die zich laten treiteren...' Ook al geeft het gewraakte fictieve citaat van Dautzenberg in De Limburger en het Limburgs Dagblad precies weer waar ‘m de schoen wringt bij het bronsgroen eikenhout, namelijk dat te veel lieden hier die verschrikkelijke, zogenaamde heile Welt in stand willen houden, hij had natuurlijk nooit fictief mogen citeren. Maar de echte nar is teveel doorbloed met cynisme om zich iets van normen aan te trekken. En de redactie van beide dagbladen had zich dat, gezien de reputatie die Dautzenberg intussen heeft opgebouwd, kunnen en moeten realiseren. Die redactie wringt zich nu in allerlei bochten om het goed te maken met Kusters zonder Dautzenberg te schofferen in plaats van als argument aan te voeren dat zelfs die laatste een rebel met een reden is.

Het komt niet meer goed tussen Kusters en Dautzenberg in deze complexe, veelgelaagde vete, zoveel is zeker. Maar soms oogt het gewijde wateroppervlak zo gladjes dat je elke stenengooier welkom heet, zelfs die met de steen des aanstoots.

© 2014 Leo van der Sterren

Geen opmerkingen:

Een reactie posten