vrijdag 10 januari 2014
Nada’s hoorn van Cornucopia 1: het leesclubje 1
Lieve groep, beste mensen, trouwe lezers, we hebben het gedicht van Tonnus Oosterhoff dat op bladzijde 37 van ‘Leegte lacht’ en op bladzijde 320 van ‘Hier drijft weg’ begint en dat opent met de regel ‘Dichters storten zich namens de mensen’, nu één keer gezamenlijk gelezen. Het ligt hier voor ons op de tafel. Vier kopietjes uit ‘Leegte lacht’. Vier bladzijdes. Drie en een derde bladzijde tekst. Wat kunnen we er in dit vroege stadium, na één lezing, al over zeggen?
‘Dichters storten zich namens de mensen’ bestaat uit 10 strofen en 81 regels. Bestaat daarover consensus? Deze feiten zijn empirisch vast te stellen, dus dat zou eigenlijk niet mis mogen gaan. Zullen we het voor de zekerheid nog één keer controleren, lieve mensen, beste groep? Die regel na de laatste regel, ‘Maar omdat de waarheid’, van strofe 5, ‘slijpt aandachtig de punt van zijn pijl’, is van strofe 5 gescheiden door een witregel. Mar ik ben van oordeel dat die regel wel bij strofe 5 hoort. Hoe denken jullie daarover? Jullie kunnen daarmee instemmen? Mooi zo! Altijd goed, wanneer we potentiële punten van onenigheid voor eens en altijd kunnen afvinken. Hoeven we daar geen energie meer in te steken. En het gedicht telt inderdaad 81 regels, exclusief de witregels tussen de strofen en tussen ‘Maar omdat de waarheid’ en ‘slijpt aandachtig de punt van zijn pijl’. Is er nog iets te melden over rijm en metrum? Nee, hè. Oosterhoff gaat gewoon zijn eigen gang, bekommert zich om een formeel traditionele stijlfiguur als rijm noch om een regelmatige versmaat. Het aantal lettergrepen (want van versvoeten is geen sprake) per regel en het aantal regels per strofe gehoorzamen evenmin aan de regels van de regelmaat. Oosterhoff leeft zich lekker uit. Vrijheid, blijheid, zo is dat. Lekker toch!
Kunnen we. tot slot, ‘Dichters storten zich namens de mensen’ een collage noemen? Of speculeren we dan al te veel. Nee hè. Een collage dus. Is iedereen het daar mee eens? Dus dat de dichter allerlei fragmenten, citaten en wat dies meer zij aan elkaar heeft geplakt. Kan de groep zich daarin vinden? Kunnen we dat aftikken? Ja? Mooi!
Nou, lieve groep, beste mensen, trouwe lezers, dat was het voor vandaag. Ik vond het een zinvolle bijeenkomst waarin we weer veel hebben gedaan. Ik zie jullie allemaal volgende week terug. En denk erom: poëzie zonder lezers bestaat niet, dus doe jullie stinkende best! Want de poëzie is veel te waardevol om te verwaarlozen. En willen jullie alsjeblieft de kopjes en schoteltjes op het aanrecht in het keukentje zetten? Dank jullie wel! Tot volgende week!
© 2014 Leo van der Sterren
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten