Wie is de hij in ‘Spekvet’? Wie betreedt
de wereld als een weeë wereldvreemde,
maar zweept de goegemeente in het zweet
des aanschijns op naar venen van ontheemding?
Wie wil er zijn maar ook meteen weer weg?
Doorreizen naar de boorden van Kokanje,
die heile Welt waar steeds gekweld door pech
de winter wijkt in schijn van mild oranje?
Wie dong slechts naar het schatje van de bruid?
Kroop in de huid van hij dan toch die Komrij?
Is hij de hij niet meer van naar verluidt?
En zal hij slim dan spreken? Laat maar stom zijn.
© 2009 Leo van der Sterren
Geen opmerkingen:
Een reactie posten